Regelmatig mail ik met Maarten Smit over de vorderingen van Tijs. Mijn mailtjes worden steeds minder enthousiast, want ik heb het gevoel dat Tijs zich langzaam aan afzet tegen alles wat met beelddenken te maken heeft.
Hij vindt de kamers visualiseren en ordenen in zijn hoofd maar onzin, want het helpt toch niet. Hij vindt de tafelsommen automatiseren maar stom, want hij zal het toch nooit leren. En als hij op zijn vingers telt lukt het toch ook? Woorden visualiseren en opslaan in zijn taalkamer slaat ook nergens op. Zijn kamers in zijn hoofd gebruikt hij niet, want die bestaan toch niet.
Ik leg Tijs uit dat het wel degelijk werkt, want zijn cijfers zijn flink omhoog gegaan. Ik begrijp ook best dat het extra oefenen thuis niet altijd leuk is, maar het lijkt of ik tegen een dikke muur aan praat in de vorm van een slungelige, bijna puber die onderuitgezakt op de bank hangt.
Ik probeer elke keer weer wanneer we oefenen mijn geduld te bewaren, maar die begint écht op te raken. Hij moet er zelf achterstaan en ervan overtuigd zijn dat de oefeningen en de ‘Ik leer anders’ methode werkt.
Ik vraag Maarten Smit of hij nog één intensieve sessie kan geven aan Tijs. Misschien kan hij hem bereiken?
Tijs ziet het helemaal zitten. Een dagje niet naar school en deze gezellig met Maarten doorbrengen. Spelletjes doen en uiteraard veel lachen.
Maarten zit weer op hetzelfde plekje op de bank. Tijs ook. Dat vindt ie fijn. Vooral niet te veel afwijken van de vorige keer.
‘Zo, jongen, hoe gaat het met je?’ vraagt Maarten.
‘Goed’, zegt mijn kind vrolijk.
‘Je ziet er ook goed uit ’zegt Maarten. ‘Je kijkt anders de wereld in en komt zekerder over.’
Mijn kind straalt en kijkt even naar mij met een bik van: ‘Zie je wel, je maakt je druk om niets.’
‘Hoe gaat het met je kamers in je hoofd? Heeft alles al een vast plekje en kom je er elke dag?’ vraagt Maarten verder.
Tijs knikt. Mijn mond gaat al open om mijn kind te zeggen dat hij wel de waarheid moet spreken, maar dan hoor ik de rustige stem van Maarten die mij vraagt om even weg te gaan. Ik begrijp dat hij serieus wil praten met Tijs en dat dit het beste kan als ik, zijn moeder, er niet bij is. Tijs houdt nog steeds te veel rekening met mij en vergeet daarom wat hij zelf wil.
Ik zonder mij af en voel dat dit het omslagpunt wordt: Of Tijs kapt er mee of hij kiest er voor om op deze weg verder te gaan. Maar wat zijn keuze wordt, deze zal hij dan ZELF gemaakt hebben.
Na een eeuwigheid, lijkt het wel, roept Tijs dat ik weer mag komen. Met lood in mijn schoenen loop ik naar beneden en kijk mijn kind vragend aan.
‘Ik doe het!’ zegt hij.
‘Wat doe je?’ vraag ik, want dat is mij niet duidelijk.
‘Ik ga serieus werken aan de oefeningen van rekenen en spelling en ook mijn kamers ga ik weer gebruiken. ‘
‘Oke’, zeg ik nog niet helemaal overtuigd, ‘besef je dan wel wat dit allemaal inhoudt? Dat het weer keihard werken wordt?’
Tijs knikt: ‘Maarten heeft dit ook allemaal gezegd. Ook dat ik het zelf moet willen en moet geloven in mezelf en in de kamers in mijn hoofd. Ik mocht niet aan jou denken, maar moest ZELF de keuze maken. Ik ben nu eenmaal beelddenker en ben daar ook eigenlijk best een beetje trots op.’
Ik zie mijn kind groeien door de keuze die hij, zonder mij, gemaakt heeft. Hij voelt en weet wat de consequenties zijn: hard werken, maar de beloning zal groot zijn.
Ik ben sprakeloos en besef nu nog meer dat Maarten een gave heeft: in het hoofd van een kind kunnen kijken.
Ik geef Tijs een dikke knuffel en zeg dat ik blij ben, maar dat ik ook geaccepteerd zou hebben als hij niet verder had willen gaan.
De rest van de dag wordt druk geoefend en Tijs heeft er veel lol in en zet zich voor honderd procent in.
Achteraf weet ik dat Tijs en ik dit omslagpunt nodig hadden. Voor Tijs was het heel belangrijk dat hij echt gehoord werd, dat hij de ruimte kreeg om ZELF de keuze te maken. Voor mij was het heel belangrijk om in te zien dat ik niet alles onder controle kan hebben, dat ik meer rekening moet houden met de gevoelens en gedachten van mijn kind. Maar de belangrijkste les was wel dat luisteren alleen niet genoeg is, maar dat ik mijn kind voortaan ook echt hóór!